Bediening van de trapondersteuning
Als je met trapondersteuning gaat fietsen, is het belangrijk om het smart display (deze zit aan het stuur) aan te zetten. Het smart display van de trapondersteuning heeft aan aantal knoppen en indicatielampjes:
Zet het systeem aan of uit door kort op de aan/uit knop te drukken.
-
1: Ondersteuningstand 1 (Eco)
Systeem start standaard in deze stand. Gebruik deze stand als je weinig ondersteuning wilt en een hoge actieradius.
-
2: Ondersteuningstand 2 (Comfort)
Naar wens kun je wisselen tussen de verschillende standen. Stand 2 geeft meer ondersteuning, maar je hebt wel een kleinere actieradius.
-
3: Ondersteuningstand 3 (Power)
Naar wens kun je wisselen tussen de verschillende standen. Bij stand 3 heb je veel ondersteuning en ben je snel op snelheid. Bij deze stand is de actieradius iets geringer.
Met de starthulp krijg je ondersteuning van het systeem zonder mee te trappen. Als je tijdens het fietsen de starthulp bedient, krijg je de maximale ondersteuning van de ingeschakelde stand, waardoor je geen kracht meer hoeft te zetten.
Via de gekleurde indicatielampjes bovenin het smart display wordt de status van de accu weergegeven. Deze indicatie bestaat uit vijf groene LED’s waarvan de meest linkse rood kan gaan branden als de accu bijna leeg is. Als de accu leeg is, knippert de rode LED. Bij een volledig opgeladen accu branden alle vijf de groene LED's, bij twee groene LED's is de accu 50% opgeladen.